Friday, October 03, 2008

Pchum Ben drukte

We zijn weer terug van Ratanakiri province waar we voor Pchum Ben, belangrijke Buddhistische feestdagen, geweest zijn. Ratanakiri, een noordelijke provincie van Cambodja, staat bekend om haar jungle en ongerepte natuur - olifanten!

Zaterdag ochtend om half zeven in een busje gestapt in Phnom Penh, dat ons in een rit van ongeveer 8 uur naar Ratanakiri zou brengen. Aldus de theorie. Om 11 uur 's s ochtends stonden we nog in de stad. Het hele verkeer zat vast - de bouwvak is er niets bij! Omdat de meeste Cambodjanen met Pchum Ben naar hun 'homeland' vertrekken, de provincie waar ze zijn opgegroeid, was ongeveer elke auto in Cambodja onderweg. Maar positieve gedachten, muziekje op, slaapje doen, en drie uur later waren we de stad uit.

Beetje druk op de weg...

Na een tijdje op de overharde hobbel-de-bobbel en glibber-en-glij weg gereden te hebben hield de bus ermee op. Daar sta je dan op een jungleweg in het donker zonder telefoonbereik... Gelukkig nam een passerende mini-bus ons mee - de redder in nood! Maar na tien minuten liep onze redder vast: 'Even koelen', zei de chauffeur. En dat zei hij elke 10 minuten. Zo zijn we uiteindelijk na 19 uur midden in de nacht Ratanakiri binnengereden.

Volgende ochtend ruilden we het enige hotel uit de Lonely Planet dat zo laat nog de telefoon opnam (uhm... 'Bart, het ruikt hier raar!' en 'Volgens de Lonely Planet hebben ze hier warm water...' - tegen een druppend beschimmeld kraantje) in voor een vreemd Zweeds-achtig jungle-chaletje mét sauna (da's namelijk zo lekker in de tropen ;-)) op loopafstand van een prachtig krater meer!

Joepie, kratermeer!!

Frisse lucht, stilte... 'Bart, er gaat een brand-alarm af!'. 'Nee liefje, dat is een torretje.' Ach, de natuur...

Volgende dag wilden we met een 250 cc dirtbike gaan toeren. Er bleek ergens een stuwmeer te zijn met een prachtig uitzicht, en wat is beter op modderige wegen dan een dirtbike, nietwaar? De dirt bleek echter natte klei te zijn... je raadt het al - slipperdeflip, daar lagen we al. En daar lagen we nóg een keer. Hilariteit alom natuurlijk van passerende Cambodjanen, die zich op hun gewone brommertjes overigens prima kunnen redden op die klei. En dat zegt wat, want Pchum Ben kent een aantal ceremonies, en één daarvan is heel veel biertjes, en in Ratanakiri exceptioneel sterke rijstwijn drinken. Dus we keken elkaar nog maar eens aan, en zijn toen weer heel snel omgedraaid.

Glibberige kleiwegen


De volgende dag hebben we een tocht gemaakt door een community forest, met een lokale ranger. In dat gebied wonen veel inheemse volkeren, met hun eigen gebruiken, taal en kleding, en leven in harmonie met de natuur. In dit gebied, waar de 'Kreung' wonen, dragen ze bijvoorbeeld mandjes op de rug, en dragen vrouwen traditioneel geen bovenstukje - dat is gek om te zien in een land dat in andere gebieden zo vreselijk preuts is!

In Ratanakiri, net zoals in andere provincies met veel natuurlijke bronnen hebben inheemse groepen veel te lijden onder bedrijven en overheid die achter hun land aanzitten voor bomenkap of mijnbouw. En omdat ze vaak geen eigendomspapieren hebben, hun rechten niet kennen, of te goed van vertrouwen zijn, raken velen hun land kwijt. De community forest waar wij doorheen trokken is een van de manieren om het land van deze groepen te beschermen. Zij kunnen daar leven en landbouw bedrijven, zolang ze geen dingen doen die het bos op een niet-duurzame manier beschadigen. En als buitenstaanders het bos in willen moeten die toestemming vragen en toegangsgeld betalen.

De tocht door de jungle was vreselijk mooi, over omgevallen bomen, door beekjes, bamboe en lianen wegduwend... Afgezien van een enorme spin (Bart: 'Ooooo, da's een mooie!') niet zoveel dieren gezien. Wel een schattig eekhoorntje wat door een van de honden van onze ranger was gevangen. Gelukkig maar, ongedeerd gered uit de kaken van de hond, kroelekroelekroele, wat scháttig, nu kan 'ie weer het bos in! Leven in harmonie met de natuur klinkt zo romantisch hé... betekent echter ook dat onze ranger toen het eekhoontje in zijn broekzak stopte, mmmmmm lekker, voor vanavond. Gelukkig was de overlevingsdrang van knabbel groot en halverwege de tocht keek de ranger even teleurgesteld om zich heen, terwijl op zijn lege broekzak kloppend. Tja.

Ren, Babbel! Ren!

Na drie dagen was het tijd de natuur te verlaten en stapten we weer op de bus. Wat heerlijk, de bus reed lekker door, geen enge rammelende geluidjes, het gaat voorspoedig! Althans, zo ging dat tot ongeveer 10 kilometer voor Phnom Penh. Toen zat de weg weer pottdicht met alle auto's die nu Phnom Penh weer inwilden. En als zelfs Cambodjanen uitstappen om te gaan lopen... Dus rugzakken gepakt, een paar knollen gekocht voor onderweg en lopen dan maar. Na een uur lopen kwamen we een motodop tegen die ons behendig door de file naar Phnom Penh heeft geleid. Tijdens Pchum Ben hebben we frisse lucht én beweging gehad; wat wil je nog meer!

0 Comments:

Post a Comment

<< Home